Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Opdat [50]de zegening van Abraham [51]tot de heidenen [52]komen zou [53]in Christus Jezus, [en] opdat [54]wij [55]de belofte des Geestes verkrijgen zouden [56]door het geloof. 50. Dat is, de genade der verzoening en der rechtvaardigmaking, alsook de erfenis des eeuwigen levens, die Abraham en zijn zaad beloofd was; Gen.12:3, en Gen.22:18. 51. Of, tot de volken; gelijk hem beloofd was, dat in hem alle volken zouden gezegend worden; Gen.12:3. 52. Dat is, afvloeien zou, gelijk uit de fontein. 53. Dat is, door Christus, als zijnde het gezegend zaad, dat Abraham beloofd was, vs.16. 54. Zo Joden als heidenen. 55. Dat is, de geestelijke belofte, niet van tijdelijke, maar van eeuwige goederen. 56. Dat is, door Christus met waar geloof aangenomen.